Slaapassociaties: mijn baby heeft hulp nodig bij het slapen.

De kunst van het zelf in slaap kunnen vallen

Een veel gehoord slaapprobleem is het niet zelf in slaap kunnen vallen. Er is hulp nodig, zoals wiegen in de armen of een voeding waarop het kind in slaap valt. Het zelf in slaap kunnen vallen heeft te maken met timing, gewenning, kan ontstaan zijn door onrust en heeft te maken met slaapassociaties. Welke slaapassociatie heeft jouw kind met slaap?  

Slaapassociaties zijn de dingen die je nodig hebt om in slaap te vallen. Het is als het Pavlov effect, je weet je wel, de hond met het belletje die rinkelt.

Er zijn afhankelijke en onafhankelijke slaapassociaties. Een afhankelijke slaapassociatie is bijvoorbeeld een van de ouders die het kindje nodig heeft om in slaap te kunnen vallen. Je hebt dan iets of iemand nodig om in slaap te kunnen vallen. Dit betekent dat het elke keer nodig is: voor ieder slaapje en na iedere slaapcyclus. Frequent wakker worden kan het gevolg zijn omdat een kind tussendoor steeds checkt of je er nog wel bent. Dit is logisch, het is namelijk beangstigend als dat wat je nodig hebt er niet meer is zodra je (licht) wakker wordt.

Onafhankelijke slaapassociaties heb je zelf in de hand. Denk aan het bedje, het knuffeltje, het slaapzakje, of een muziekje. Deze associaties hangen samen met een gewoonte, zoals een bedtijdritueel.

 Slaapassociaties zijn dus afhankelijk of onafhankelijk. Je wilt de afhankelijke slaapassociaties gaan vervangen voor onafhankelijke slaapassociaties middels het correct instellen van de slaapgewoonte. Het zelf kunnen slapen zorgt voor een betere slaapkwaliteit en inslapen zal beter gaan.

 Lukt het je kind niet om zelf in slaap te vallen? Ik kijk graag met je mee waar de oorzaak ligt en hoe je hier verandering in kan brengen. Maak gerust een afspraak voor een gratis kennismakingsgesprek of kijk naar de mogelijkheden.

Ik ontmoet je graag,

warme groet,

Marijn

Vorige
Vorige

Slaapritme voor een baby van 1 jaar oud

Volgende
Volgende

Wakkertijden: slaapschema